De ademviering van 1 juni staat in het teken van Pinksteren, maar hoe verrassend de icoon die Ottje Faber geschilderd heeft. Er staat een vrouw in het midden. Niet de mannen die doorgaans op de voorgrond staan. Niet ook de apostelen, die zich hier rondom haar hebben geschaard. Een vrouw! En dat niet alleen op de icoon van Ottje. Ik ontdekte meerdere pinkstericonen, waarop een vrouw centraal staat.
Wie is deze vrouw? Het is Maria, de moeder van Jezus. En volgens de traditie staat zij daar voor ons allen: ze belichaamt de kerk. Zoals Jezus uit haar geboren is, zo ontvangen wij Hem in de schoot van de kerk. Wonderlijk mysterie, dat tegelijk alledaags troostend nabij is.
Maar het wordt nog wonderlijker, als we naar woorden zoeken voor de Geest, die op Pinksteren wordt uitgestort. “Spiritus” zeggen we in het Latijn: een mannelijk woord. Maar het oorspronkelijke Hebreeuwse woord is “Ruach”en dat is vrouwelijk.
Ja, de mens is als beeld van God mannelijk en vrouwelijk, maar zou dat dan niet betekenen dat ook God een mannelijke en vrouwelijke kant heeft? Zou dat misschien de Geest zijn?
De man voert vaak het woord, maar als het woord wegsterft, dan zijn er de vrouwen die het ter grave dragen. In stilte doen ze dat. Om vervolgens als eerste getuige te zijn van dat ontzagwekkend mysterie, dat Pasen heet.
Zo ook zijn wij stil in de ademviering van 1 juni. Als het gesproken woord zwijgt, als de Taizé-liederen verstommen – hoe meditatief ze ook waren – dan luisteren wij, of Hij komt. “Spiritualiteit” noemen we dat. Schatplichtig aan het woord “spiritus”, voluit Spiritus Sanctus, Heilige Geest, Adem van God, Ruach.
Zondag 1 juni van 19.00 tot 19.45 uur: Koor Grote Kerk Elst